Controlar — Español Holandés traducción17 traducciones encontrado

controlar (v) (cuidar) beteugelen (v) (cuidar)
controlar (v) (influencia) toezicht uitoefenen op (v) (influencia)
controlar (v) (escuelas) toezicht houden op (v) (escuelas)
controlar (v) (persona) omgaan met (v) (persona)
controlar (v) (influencia) leiden (n) (v) (influencia)
controlar (v) (cuidar) in toom houden (v) (cuidar)
controlar (v) (persona) aanpakken (v) (persona)
controlar (v) (influencia) controleren (n) (v) (influencia)
controlar (v) (cuidar) bedwingen (v) (cuidar)
controlar (v) (regla) toezicht uitoefenen op (v) (regla)
controlar (v) (cuidar) in bedwang houden (v) (cuidar)
controlar (v) (regla) leiden (n) (v) (regla)
controlar (v) (regla) controleren (n) (v) (regla)
controlar (v) (escuelas - universidades) surveilleren (v) (escuelas - universidades)
controlar (v) (compañía) toezicht uitoefenen op (v) (compañía)
controlar (v) (compañía) controleren (n) (v) (compañía)
controlar (v) (compañía) leiden (n) (v) (compañía)
Controlar ejemplos7 ejemplos encontrado
controlar otra vez nog eens verifiëren
controlar otra vez dubbel controleren
controlar otra vez extra controleren
sin controlar ongecontroleerd
sin controlar onbelemmerd
sin controlar onbeteugeld
sin controlar ongehinderd
Traducir Controlar en otros idiomas
Traducir controlar en Inglés
Traducir controlar en Alemán
Traducir controlar en Francés
Traducir controlar en Italiano
Traducir controlar en Portugués
Traducir controlar en Esloveno
Traducir controlar en Polaco
Traducir controlar en Checo