eliminar
(v)
(matar)
|
wegdoen
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggedaan
doet weg
doen weg
deed weg
deden weg
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
uitsluiten
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
liquideren
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geliquideerd
liquideren
liquideert
liquideerden
liquideerde
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
wegruimen
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggeruimd
ruimt weg
ruimen weg
ruimden weg
ruimde weg
|
eliminar
(v)
(matar)
|
elimineren
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(matar)
|
uitsluiten
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
elimineren
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(empleado)
|
afvoeren
(v)
(empleado)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgevoerd
voert af
voeren af
voerde af
voerden af
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
zuiveren
(v)
(expurgar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gezuiverd
zuiveren
zuivert
zuiverde
zuiverden
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
uit de weg ruimen
(v)
(objetos)
|
eliminar
(v)
(matar)
|
kwijtraken
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
kwijtgeraakt
raakt kwijt
raken kwijt
raakten kwijt
raakte kwijt
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
doen verdwijnen
(v)
(expurgar)
|
eliminar
(v)
(empleado)
|
afzetten
(n)
(v)
(empleado)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgezet
zetten af
zet af
zetten af
zette af
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
doen verdwijnen
(v)
(borrar)
|
eliminar
(v)
(deportes)
|
uitschakelen
(v)
(deportes)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgeschakeld
schakelt uit
schakelen uit
schakelden uit
schakelde uit
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
elimineren
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(edificio)
|
met de grond gelijk maken
(v)
(edificio)
|
eliminar
(v)
(edificio)
|
slopen
(v)
(edificio)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gesloopt
slopen
sloopt
sloopten
sloopte
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
van de hand doen
(v)
(objetos)
|
eliminar
(v)
(matar)
|
afvoeren
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgevoerd
voert af
voeren af
voerde af
voerden af
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
censureren
(n)
(v)
(borrar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gecensureerd
censureren
censureert
censureerden
censureerde
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
wegdoen
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggedaan
doet weg
doen weg
deed weg
deden weg
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
uitsluiten
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(empleado)
|
uitsluiten
(v)
(empleado)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
wegruimen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggeruimd
ruimt weg
ruimen weg
ruimden weg
ruimde weg
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
wegdoen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggedaan
doet weg
doen weg
deed weg
deden weg
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
verwijderen
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(empleado)
|
elimineren
(v)
(empleado)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
verwijderen
(v)
(expurgar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
zuiveren
(v)
(borrar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gezuiverd
zuiveren
zuivert
zuiverde
zuiverden
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
uit de weg ruimen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
van de hand doen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminar
(v)
(matemáticas)
|
afvoeren
(v)
(matemáticas)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgevoerd
voert af
voeren af
voerde af
voerden af
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
uit de weg ruimen
(v)
(posibilidad)
|
eliminar
(v)
(matar)
|
afzetten
(n)
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgezet
zetten af
zet af
zetten af
zette af
|
eliminar
(v)
(matar)
|
uit de weg ruimen
(v)
(matar)
|
eliminar
(v)
(competencia)
|
uitschakelen
(v)
(competencia)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgeschakeld
schakelt uit
schakelen uit
schakelden uit
schakelde uit
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
kwijtraken
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
kwijtgeraakt
raakt kwijt
raken kwijt
raakten kwijt
raakte kwijt
|
eliminar
(v)
(matemáticas)
|
verwijderen
(v)
(matemáticas)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
castigeren
(v)
(expurgar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gecastigeerd
castigeren
castigeert
castigeerden
castigeerde
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
kwijtraken
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
kwijtgeraakt
raakt kwijt
raken kwijt
raakten kwijt
raakte kwijt
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
uitwissen
(v)
(borrar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgewist
wist uit
wissen uit
wisten uit
wiste uit
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
censureren
(n)
(v)
(expurgar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gecensureerd
censureren
censureert
censureerden
censureerde
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
uithalen
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgehaald
halen uit
haalt uit
haalde uit
haalden uit
|
eliminar
(v)
(edificio)
|
vernielen
(v)
(edificio)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
vernield
vernielt
vernielen
vernielde
vernielden
|
eliminar
(v)
(matemáticas)
|
uitsluiten
(v)
(matemáticas)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(matar)
|
wegruimen
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggeruimd
ruimt weg
ruimen weg
ruimden weg
ruimde weg
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
wegdoen
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggedaan
doet weg
doen weg
deed weg
deden weg
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
verwijderen
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(matemáticas)
|
elimineren
(v)
(matemáticas)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(matar)
|
verwijderen
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(competencia)
|
verslaan
(v)
(competencia)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verslagen
verslaat
verslaan
versloeg
versloegen
|
eliminar
(v)
(matar)
|
uithalen
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgehaald
halen uit
haalt uit
haalde uit
haalden uit
|
eliminar
(v)
(matar)
|
van de hand doen
(v)
(matar)
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
verwijderen
(v)
(borrar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
uithalen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgehaald
halen uit
haalt uit
haalde uit
haalden uit
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
afzetten
(n)
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgezet
zetten af
zet af
zetten af
zette af
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
liquideren
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geliquideerd
liquideren
liquideert
liquideerden
liquideerde
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
wegruimen
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggeruimd
ruimt weg
ruimen weg
ruimden weg
ruimde weg
|
eliminar
(v)
(hecho)
|
elimineren
(v)
(hecho)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(empleado)
|
verwijderen
(v)
(empleado)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(hecho)
|
wegcijferen
(v)
(hecho)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggecijferd
cijferen weg
cijfert weg
cijferde weg
cijferden weg
|
eliminar
(v)
(expurgar)
|
uitwissen
(v)
(expurgar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgewist
wist uit
wissen uit
wisten uit
wiste uit
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
wegnemen
(n)
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
weggenomen
nemen weg
neemt weg
nam weg
namen weg
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
uithalen
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgehaald
halen uit
haalt uit
haalde uit
haalden uit
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
kwijtraken
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
kwijtgeraakt
raakt kwijt
raken kwijt
raakten kwijt
raakte kwijt
|
eliminar
(v)
(matar)
|
liquideren
(v)
(matar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geliquideerd
liquideren
liquideert
liquideerden
liquideerde
|
eliminar
(v)
(matemáticas)
|
afzetten
(n)
(v)
(matemáticas)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgezet
zetten af
zet af
zetten af
zette af
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
liquideren
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geliquideerd
liquideren
liquideert
liquideerden
liquideerde
|
eliminar
(v)
(deshacerse de)
|
verwijderen
(v)
(deshacerse de)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
verwijderd
verwijderen
verwijdert
verwijderde
verwijderden
|
eliminar
(v)
(objetos)
|
elimineren
(v)
(objetos)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
geëlimineerd
elimineert
elimineren
elimineerden
elimineerde
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
uitsluiten
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
uitgesloten
sluit uit
sluiten uit
sloten uit
sloot uit
|
eliminar
(v)
(borrar)
|
castigeren
(v)
(borrar)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
gecastigeerd
castigeren
castigeert
castigeerden
castigeerde
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
van de hand doen
(v)
(posibilidad)
|
eliminar
(v)
(posibilidad)
|
afvoeren
(v)
(posibilidad)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgevoerd
voert af
voeren af
voerde af
voerden af
|
eliminar
(v)
(edificio)
|
afbreken
(v)
(edificio)
|
eliminado
eliminan
eliminas
eliminaban
eliminabas
|
afgebroken
breekt af
breken af
brak af
braken af
|