gastar
(v)
(agotar)
|
verspillen
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verspild
verspillen
verspilt
verspilden
verspilde
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verbeuzelen
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbeuzeld
verbeuzelen
verbeuzelt
verbeuzelde
verbeuzelden
|
gastar
(v)
(dinero)
|
opmaken
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
opgemaakt
maken op
maakt op
maakte op
maakten op
|
gastar
(v)
(material)
|
verslijten
(v)
(material)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
versleten
verslijt
verslijten
versleet
versleten
|
gastar
(v)
(agotar)
|
uitputten
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
uitgeput
putten uit
put uit
putten uit
putte uit
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verkwanselen
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verkwanseld
verkwanselt
verkwanselen
verkwanselde
verkwanselden
|
gastar
(v)
(dinero)
|
opgebruiken
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
opgebruikt
gebruiken op
gebruikt op
gebruikten op
gebruikte op
|
gastar
(v)
(material)
|
afslijten
(v)
(material)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
afgesleten
slijt af
slijten af
sleet af
sleten af
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verspillen
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verspild
verspillen
verspilt
verspilden
verspilde
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verbrassen
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbrast
verbrassen
verbrast
verbrasten
verbraste
|
gastar
(v)
(agotar)
|
opmaken
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
opgemaakt
maken op
maakt op
maakte op
maakten op
|
gastar
(v)
(vestuario)
|
verslijten
(v)
(vestuario)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
versleten
verslijt
verslijten
versleet
versleten
|
gastar
(v)
(dinero)
|
uitputten
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
uitgeput
putten uit
put uit
putten uit
putte uit
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verkwanselen
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verkwanseld
verkwanselt
verkwanselen
verkwanselde
verkwanselden
|
gastar
(v)
(agotar)
|
opgebruiken
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
opgebruikt
gebruiken op
gebruikt op
gebruikten op
gebruikte op
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verbruiken
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verbeuzelen
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbeuzeld
verbeuzelen
verbeuzelt
verbeuzelde
verbeuzelden
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verkwisten
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verkwist
verkwist
verkwisten
verkwistte
verkwistten
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verteren
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verteerd
verteren
verteert
verteerden
verteerde
|
gastar
(v)
(dinero)
|
uitgeven
(n)
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
uitgegeven
geven uit
geeft uit
gaf uit
gaven uit
|
gastar
(v)
(dinero)
|
besteden
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
besteed
besteden
besteedt
besteedden
besteedde
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verbrassen
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbrast
verbrassen
verbrast
verbrasten
verbraste
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verbruiken
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
gastar
(v)
(vestuario)
|
afdragen
(v)
(vestuario)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
afgedragen
draagt af
dragen af
droegen af
droeg af
|
gastar
(v)
(dinero)
|
verkwisten
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verkwist
verkwist
verkwisten
verkwistte
verkwistten
|
gastar
(v)
(material)
|
slijten
(v)
(material)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
gesleten
slijt
slijten
sleet
sleten
|
gastar
(v)
(agotar)
|
verteren
(v)
(agotar)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
verteerd
verteren
verteert
verteerden
verteerde
|
gastar
(v)
(dinero)
|
spenderen
(n)
(v)
(dinero)
|
gastado
gastan
gastas
gastaban
gastabas
|
gespendeerd
spenderen
spendeert
spendeerden
spendeerde
|