Rechazar — Español Holandés traducción86 traducciones encontrado

rechazar (v) (perro) verdrijven (v) (perro)
rechazar (v) (persona) terugdrijven (v) (persona)
rechazar (v) (enemigo) verdrijven (v) (enemigo)
rechazar (v) (propuesta) afwijzen (v) (propuesta)
rechazar (v) (desaprobar) verwerpen (v) (desaprobar)
rechazar (v) (acusación) afslaan (v) (acusación)
rechazar (v) (enemigo) verstoten (v) (enemigo)
rechazar (v) (denegar) verwerpen (v) (denegar)
rechazar (v) (enemigo) afwenden (v) (enemigo)
rechazar (v) (propuesta) ontzeggen (v) (propuesta)
rechazar (v) (perro) van zich af houden (v) (perro)
rechazar (v) (consideración) ignoreren (v) (consideración)
rechazar (v) (enemigo) verjagen (v) (enemigo)
rechazar (v) (desaprobar) afwijzen (v) (desaprobar)
rechazar (v) (ataque) terugdrijven (v) (ataque)
rechazar (v) (persona) van zich af houden (v) (persona)
rechazar (v) (oferta) afslaan (v) (oferta)
rechazar (v) (perro) afweren (v) (perro)
rechazar (v) (desaprobar) afkeuren (v) (desaprobar)
rechazar (v) (denegar) afslaan (v) (denegar)
rechazar (v) (enemigo) afweren (v) (enemigo)
rechazar (v) (animales) verdrijven (v) (animales)
rechazar (v) (enemigo) zich van het lijf houden (v) (enemigo)
rechazar (v) (acusación) ontzeggen (v) (acusación)
rechazar (v) (persona) verdrijven (v) (persona)
rechazar (v) (gente) afwijzen (v) (gente)
rechazar (v) (gente) verstoten (v) (gente)
rechazar (v) (perro) afkeren (v) (perro)
rechazar (v) (denegar) afwijzen (v) (denegar)
rechazar (v) (acusación) verwerpen (v) (acusación)
rechazar (v) (oferta) ontkennen (v) (oferta)
rechazar (v) (animales) verstoten (v) (animales)
rechazar (v) (objetos) terugwerpen (v) (objetos)
rechazar (v) (resistir a) weerstand bieden (v) (resistir a)
rechazar (v) (denegar) ontzeggen (v) (denegar)
rechazar (v) (oferta) weigeren (v) (oferta)
rechazar (v) (consideración) naast zich neerleggen (v) (consideración)
rechazar (v) (animales) verjagen (v) (animales)
rechazar (v) (acusación) afwijzen (v) (acusación)
rechazar (v) (enemigo) terugdrijven (v) (enemigo)
rechazar (v) (persona) afkeren (v) (persona)
rechazar (v) (persona) afweren (v) (persona)
rechazar (v) (consideración) negeren (n) (v) (consideración)
rechazar (v) (resistir a) tegenstand bieden (v) (resistir a)
rechazar (v) (propuesta) wegsturen (n) (v) (propuesta)
rechazar (v) (propuesta) weigeren (v) (propuesta)
rechazar (v) (perro) zich van het lijf houden (v) (perro)
rechazar (v) (oferta) ontzeggen (v) (oferta)
rechazar (v) (ataque) van zich af houden (v) (ataque)
rechazar (v) (propuesta) naast zich neerleggen (v) (propuesta)
rechazar (v) (gente) de deur wijzen (v) (gente)
rechazar (v) (enemigo) afkeren (v) (enemigo)
rechazar (v) (animales) terugdrijven (v) (animales)
rechazar (v) (oferta) verwerpen (v) (oferta)
rechazar (v) (propuesta) ontkennen (v) (propuesta)
rechazar (v) (propuesta) bij stemming verwerpen (v) (propuesta)
rechazar (v) (propuesta) afkeuren (v) (propuesta)
rechazar (v) (acusación) ontkennen (v) (acusación)
rechazar (v) (gente) wegsturen (n) (v) (gente)
rechazar (v) (acusación) weigeren (v) (acusación)
rechazar (v) (persona) zich van het lijf houden (v) (persona)
rechazar (v) (persona) afwenden (v) (persona)
rechazar (v) (ataque) afkeren (v) (ataque)
rechazar (v) (perro) terugdrijven (v) (perro)
rechazar (v) (ataque) verdrijven (v) (ataque)
rechazar (v) (militar) terugdrijven (v) (militar)
rechazar (v) (gente) verwerpen (v) (gente)
rechazar (v) (propuesta) afslaan (v) (propuesta)
rechazar (v) (consideración) terzijde schuiven (v) (consideración)
rechazar (v) (denegar) weigeren (v) (denegar)
rechazar (v) (propuesta) verwerpen (v) (propuesta)
rechazar (v) (ataque) afwenden (v) (ataque)
rechazar (v) (enemigo) van zich af houden (v) (enemigo)
rechazar (v) (desaprobar) naast zich neerleggen (v) (desaprobar)
rechazar (v) (gente) verjagen (v) (gente)
rechazar (v) (oferta) afwijzen (v) (oferta)
rechazar (v) (gente) terugdrijven (v) (gente)
rechazar (v) (ataque) zich van het lijf houden (v) (ataque)
rechazar (v) (denegar) ontkennen (v) (denegar)
rechazar (v) (propuesta) overstemmen (v) (propuesta)
rechazar (v) (objetos) teruggooien (v) (objetos)
rechazar (v) (propuesta) de deur wijzen (v) (propuesta)
rechazar (v) (ataque) afweren (v) (ataque)
rechazar (v) (gente) verdrijven (v) (gente)
rechazar (v) (medicina - transplante) afstoten (v) (medicina - transplante)
rechazar (v) (perro) afwenden (v) (perro)
Traducir Rechazar en otros idiomas
Traducir rechazar en Inglés
Traducir rechazar en Alemán
Traducir rechazar en Francés
Traducir rechazar en Italiano
Traducir rechazar en Portugués
Traducir rechazar en Esloveno
Traducir rechazar en Polaco
Traducir rechazar en Checo